Hoe duurzaam werken we al in het department Costumes en wat valt er nog te verbeteren?

Green Film Making duikt in de wereld van de kostuumontwerpers en kleedsters en onderzoekt hoe duurzaam we al zijn bij het kleden van onze acteurs, actrices en figuranten. Ook vroegen we vier studenten van Saxion Deventer onderzoek te doen naar duurzame kleding in de Nederlandse filmindustrie en met aanbevelingen te komen.

Zelf spraken we met costume designers Linda Bogers en Janneke de Ruiter en met Laura Dols die haar kleding verhuurt aan de film- en televisiewereld. Om te kijken wat we kunnen leren van andere sectoren spraken we ook met Ferry Hupkens, costume design manager van Stage Entertainment en verantwoordelijk voor de kleding en styling van theatershows.

Creativiteit en design blijven natuurlijk op de eerste plaats staan, en dat geeft meteen de beperking aan waar alle betrokkenen van het department zich in willen onderscheiden. Alle kostuums en kleding moet passen bij het verhaal en het tijdsbeeld van de film en vormt een essentieel (onder)deel van het productie design.

Logisch dat in een historische film gewerkt wordt met oude materialen, kleding uit de periode waarin het verhaal zich afspeelt. Of nieuwe kostuums worden ontworpen volgens de stijl en look van de periode waar het over gaat. Voor moderne film wordt meestal kleding gekocht of geleend en gehuurd. Ook dan moeten de spullen kloppen bij het verhaal. Vaak kom je uit bij goedkope, niet-duurzame kleding. Costume design en styling is een arbeidsintensief vak. Het gebruik van mooie stoffen, die er kwalitatief goed uitzien en vakmanschap blijven voorop staan.

Men ervaart budget altijd als de grootste beperking. Hoe kan je zoveel mogelijk doen binnen het budget dat je beschikbaar krijgt? En hoe kunnen we daarmee toch zo duurzaam mogelijk werken?

Door lage budgetten wordt er als vanzelf al vaak duurzaam gewerkt door te lenen en hergebruiken. Linda Bogers koopt vaak grote partijen op rommelmarkten alleen al voor de kraagjes, en stoffen die niet meer los te koop zijn. Maar liefst 95% van alle kleding die gebruikt wordt op Nederlandse filmsets is tweedehands!

De kledingindustrie is een van de meest vervuilende industrieën in de wereld. Het is dan ook een enorme uitdaging voor alle professionals in het filmvak die bezig zijn met kleding en kostuumontwerp om dit op een duurzame wijze te doen. Er wordt nog steeds veel kleding gemaakt van materialen die niet-duurzaam zijn. Ook het maakproces kan beter:

  • Er wordt enorm veel water verbruikt.
  • Er worden giftige verfstoffen gebruikt.
  • Veel werknemers in het buitenland werken in de kledingindustrie onder niet-sociale omstandigheden en voor te weinig geld.

We zouden echt schrikken als we in de winkel “een eerlijke prijs zouden moeten betalen“ voor onze kleding.

Hieronder een samenvatting van de bevindingen van de studenten van Saxion.

Zij onderzochten het proces op 4 verschillende onderdelen: materiaal/kleding, logistiek, wassen en reinigen en ‘end-of-life-fase’.

Materiaal / kleding

Er zijn verschillende opties: kopen van nieuwe of tweedehands kleding, huur van nieuwe of tweedehands kleding, ontwerpen en maken van nieuwe kleding. Kledinghuur is de meest duurzame manier van kleding gebruik op de filmset. Ook financieel voordeliger, vaak kost huurkleding een derde van de nieuwkoopprijs. Alle geïnterviewde kledingverhuurders en designers kopen tweedehands kleding via Outlets en andere kledingwinkels. De meest duurzame manier is hergebruik van kleding door het opnieuw te dragen. Design kleding wordt vaak alleen gemaakt voor de hoofdrolspelers in een film.

Keuze voor huur of aanschaf van kleding voor acteurs hangt vaak ook af van intensiteit waarmee het gebruikt gaat worden op de set. Kleding voor figuranten en acteurs in de achtergrond moet aan andere eisen voldoen dan de kleding voor de hoofdrolspelers.

De geïnterviewden geven aan dat zij geen of te weinig kennis hebben welke stoffen duurzaam zijn vervaardigd en welke absoluut niet. De kledingverhuurders en ontwerpers kijken vooral naar de kwaliteit en of de kleding past bij het thema van de film. Lastig is dat de meeste kleding gemaakt wordt van niet-duurzame materialen. Het is meer een taak voor de fashionindustrie waar de innovatie vandaan zal moeten komen, die de kleedsters dan kunnen implementeren.

Logistiek

Er valt nog veel te halen aan de logistieke kant. Het transport van de kleding. Duurzaamheid kan behaald worden in de dagelijkse logistiek tussen de filmset en het atelier van de kledingontwerper. De kleding wordt van de winkel of het verhuurbedrijf vervoerd naar het atelier van de costume designer. Vervolgens van het atelier naar de filmset. Als de afstand tussen filmset en atelier groot is, kan het bijvoorbeeld een optie zijn om een tijdelijk atelier op te zetten op de set.

Bij Nederlandse filmopnames in het buitenland, is het zinvol om goed na te denken waar je het atelier opzet. In Nederland, of ga je eerder naar de filmlocatie in het buitenland en maak je daar alle kleding? Dit onderdeel wordt door kostuumontwerpers en producent in preproductie ook financieel uitgezocht. Hier speelt de financiering van verschillende landen een rol. Ontwerpers worden vaak door de producent gevraagd om hun besteding in een ander land te vergroten in verband met de tax shelter en de verplichtingen van bestedingen in die landen.

Ontwerpers/stylisten en kleedsters maken vaak lange dagen in hun ateliers en op de set. Het kost veel tijd om alle kleding te ordenen en te sorteren. In de keuze voor kledinghangers, rekken, dozen en hoezen kan ook gelet worden op duurzame materialen en hergebruik. De veiligheid en arbeidsomstandigheden van de mensen (extra handen), blijft een belangrijk onderdeel in dit department.

Reinigen en Wassen van de kleding

Kleding die gebruikt wordt op een filmset, moet vaak gewassen of gestoomd worden. Kleding van figuranten die weinig in actie hoeven komen op de set wordt minder frequent gewassen dan kleding van acteurs die intensief en veel moeten bewegen op de set.

Afhankelijk van de soort stof kan kleding gewassen worden of moet het chemisch worden gereinigd. Wassen is meer duurzaam dan dry-cleaning. Als kleding dry-cleaned moeten worden, is de minst duurzame keuze om dit te doen met PER. KWL is een betere oplossing. The beste optie is de ‘green earth cleaning way’. Deze methode is niet chemisch.

Kleding die gedragen wordt op de filmset wordt meestal (dagelijks) gewassen in het atelier. Als dit op de filmset kan, scheelt dat tijd en transport. Bij aanschaf kan ook gelet worden op het energielabel van de wasmachine. Het kan ook de moeite waard zijn om juist op de set een wasmachine te plaatsen, zodat er geen transport nodig is. Ook kiezen voor ecologisch afbreekbare wasmiddelen is duurzaam. Maar het moet wel allemaal snel en het budget telt!

End-of-life-fase

De kledingverhuur professionals en designers voor filmproducties werken al jaren duurzaam als het gaat om repareren van kleding in originele staat. Kleding die echt niet langer draagbaar is, gaat in de textielrecyclingbak, vervolgens naar een textielsorteercentrum en eventueel door de shredder waarna de kleding tot grondstof wordt gemaakt.

Een nieuwe trend is compostable clothing. Een Zwitsers kledingmerk dat met deze trend is gestart, is Freitag. Zij ontwierpen hun eigen compostable kledingstof. Een ‘plant based fabric’ die voldoet aan alle eisen van duurzaamheid en composteerbaarheid: F-abric (Treehugger, 2015).

Toch is dit nog niet echt toepasbaar in de filmwereld. Maar zeker interessant voor de toekomst!

Tips & Tricks

  • Wat kan je lenen of huren? Kiezen voor tweedehands kleding en accessoires.
  • Reuse en recycle: repareren en aanpassen van bestaande kleding en kostuums.
  • Gebruik van duurzame materialen moet vanzelfsprekend worden in de productie.
  • Verspilling tegengaan door hergebruik en upcycling van afvalmaterialen, terwijl de creatieve output optimaal is.
  • Transport duurzaam maken van alle kleding van en naar de filmset.
  • Wassen van kleding met een energiezuinige wasmachine (energiekeurmerk).
  • Na afloop van de shoot (productie) kostuums en accessoires die op de set zijn gebruikt (door productie design zijn ingebracht) behouden worden voor hergebruik. Bijvoorbeeld door ze naar kringloopwinkels te brengen of in opslag te houden tot gebruik voor een volgende keer.
  • Deze extra handelingen zouden ook in het budget meegenomen moeten worden om de lasten eerlijk te verdelen.

De conclusie is eigenlijk dat dit department het eigenlijk helemaal niet zo slecht doet.

Er bestaat geen branchevereniging voor Kostuumontwerpers, stylisten en kleedsters. Er bestaat geen overkoepelende website waar iedereen alles inbrengt op het gebied van kleding en accessoires. De meeste professionals zijn solisten. Er wordt wel eens van elkaar geleend. Green Film Making is benieuwd of hier behoefte aan zou zijn.

Green Film Making wil onderzoeken of er in de filmsector behoefte is aan een ‘comparing system zoals ‘Rank-a-Brand’ en ‘Kledingchecker’. En tevens of men geholpen zou zijn bij een gezamenlijke website waar men gebruikte kleding kan lenen, terugbrengen en verzamelen.

Daarnaast blijft research belangrijk naar retail-kleding: welke winkels bieden het meest duurzame assortiment?

Welke innovatieve mogelijkheden zijn er om kleding te vervaardigen, printen en hoe kunnen we de materialen opnieuw verwerken tot mooie nieuwe ontworpen kleding.

Interesse in het volledige onderzoeksrapport ‘Sustainable clothing in the Dutch film industry’?Mail naar: info@greenfilmmaking.com

Auteurs: M. Bouwman, G. Buis, N. Scheffer, K. Sen (2017, Minor Sustainable International Business)