We zijn in een kritieke fase aanbeland, dat moge duidelijk zijn. Als we de impact op onze leefomgeving niet drastisch terugschroeven, zullen de gevolgen navenant zijn. In haar boek “De Verborgen Impact” laat Babette Porcelijn, een van de nieuwkomers in Trouws Duurzame 100, zien dat de echte impact van ons gedrag en onze consumptie soms elders zit dan we denken en die boodschap is niet altijd makkelijk over te brengen. Ze hoopt vooral de reactie “Wát? Waarom wist ik dit niet!” bij mensen los te maken. Want dan gaan ze handelen. Porcelijn focust op het grote geheel en probeert alle schakels van de keten in kaart te brengen. De filmindustrie is in dat opzicht slechts een klein deelgebied, maar hangt wel met vele dingen samen. Het gaat erom wat we gebruiken en hoe. Waar zit de impact? Dat het drastisch anders moet staat vast. Een gesprek met Babette Porcelijn.
Op maandag 10 oktober 2016 was Porcelijn gastspreker op de eerste Re:set-filmavond. Porcelijn koos voor “The Truman Show” [Peter Weir, VS] waarin het hoofdpersonage ontdekt dat de schijnbaar ideale wereld waarin hij leeft, verre van ideaal is. Sterker nog, hij is zo teleurgesteld door wat hij ontdekt, dat hij besluit te ontsnappen.
Is film een geschikt medium om het bewustzijn bij een zo groot mogelijke groep te vergroten?
Porcelijn: Wanneer een bepaalde problematiek rijst, heb je voorlopers (innovators) die als eerste actie ondernemen. Dat is echter niet voldoende. Je wilt zoveel mogelijk mensen meekrijgen. Film kan daarbij helpen. Zeker als het om een heroes journey gaat. Die kan mensen raken en inspireren waardoor ze iets gaan willen. Maar film alleen is niet voldoende: toeschouwen hoe een ander de held is, is nog steeds makkelijker dan zelf de held zijn. Die laag zit ook in “The Truman Show”.
Is er nog een reden waarom je deze film koos?
Porcelijn: In “The Truman Show” wordt de rol en de invloed van de marketeer in onze levens mooi verbeeld. We worden voortdurend bespeeld, gemanipuleerd zelfs. Omdat iedereen meekeek naar het programma kon de Trumanshow bestaan. Dat massaal kijken naar een televisieshow kan je als beeld zien voor ons gedrag als consumenten. Dat gedrag wordt vaak beperkt door de keuzes die er zijn en door wat marketeers ons voorschotelen. Maar je mag je slagkracht niet onderschatten. De consument kiest alles: we kiezen onze politici, welke en waar we spullen kopen, … Je hebt individueel wel degelijk invloed en een keuze en misschien nog bovenal verantwoordelijkheid. Dus met je gedrag kan je toch verschil maken. Truman wilde een verschil maken.
Het besef dat ons gedrag om een dringende en dwingende aanpassing vraagt, dringt maar moeizaam door. Hoe komt het dat dat zo traag gaat?
Porcelijn: De echte impact speelt zich vooral buiten ons zichtveld af, we voelen en zien het niet echt. We krijgen te weinig feedback terug over wat we aanrichten of aangericht hebben. O.a. de media schieten daarin te kort. Als we het sterker zouden voelen, zouden we beter reageren. Je hebt de fabel van de kikker in het bad, die kikker blijft heus niet zitten totdat het water kookt hoor. Waarom mensen dan wel? Zijn we niet slimmer dan kikkers? Dat zijn we gelukkig wel en dat geeft mij hoop.
Hoe krijgen we volgens jou de filmmakers mee?
Porcelijn: Voor deze beroepsgroep geldt hetzelfde als voor alle andere; je moet hen zien te raken met het probleem. Wanneer je de reactie ‘dit is heftig, waarom wist ik dit niet’ op kan roepen, heb je al veel bereikt. Verder is het zaak op zoek te gaan naar de departments waar de grootste (verborgen) impact zit en daar vervolgens mee aan de slag te gaan. Maar wat misschien nog wel de grootste impact kan hebben, is de inhoud van de films. Het beeld dat mensen ingegeven krijgen door films kan heel sturend zijn. We kunnen dit doen door doemscenario’s te laten zien, maar ook door positieve boodschappen over te brengen. Beide zijn nodig. Het gevoel van urgentie moet opgeroepen worden, maar je moet er ook meteen een uitweg bij geven. De boodschap: we kunnen dit oplossen. Als je inzichtelijk maakt waar de echte impact zit, kan je het grote plaatje gaan schetsen. En andersom natuurlijk: door het grote geheel proberen in kaart te brengen wordt duidelijk waar de grootste impact schuilt. Als we erachter zijn waar de werkelijke impact huist, kunnen we belangrijke stappen zetten en niet langer met een theelepel de dijk proberen dichten. Maatregelen zijn nu vaak doekjes voor het bloeden of gewetensussers. Dat is niet afdoende, verre van. Als we met die theelepel doorgaan, zal de dijk het alsnog begeven.
Kan je een aantal concrete oplossingen aanreiken?
Porcelijn: Waar zal ik beginnen? Als je gaat kijken naar de ware impact, dan kan je in de top 10 die onderzoeksinstituut CE Delft heeft opgesteld (zie Porcelijns boek “De Verborgen Impact”) heel duidelijk zien dat die met name zit in alle spullen die we hebben en kopen. Bij alle producten die we aanschaffen moeten we goed nadenken: waar komt het vandaan, wat richt de productie ervan aan? Je kan wel alles willen digitaliseren om papier te besparen, maar als je naar de vervuiling kijkt die de productie van batterijen voor al die apparaten aanricht, dan ben je nog veel verder van huis. Die productie moeten we schoon krijgen, anders gaat het straks flink mis. Correctie: het gaat al mis. De vervuiling moet dus dringend teruggeschroefd worden en de milieubelasting moet in rekening gebracht worden: true pricing heet dat. Wereldwijd wordt $5.300 miljard aan klimaatimpact niet in rekening gebracht. Uiteindelijk komt die som op het bord van de belastingbetaler terecht.
Eenzelfde probleem speelt bij elektrisch rijden: dat is pas echt schoner als de accu’s op een minder vervuilende manier worden gemaakt. Die hele mijnbouw moet dringend opgeschoond. De echte vervuiling moet aangerekend worden. Verder moeten we zorgen dat de productie van goederen de moeite waard is: een auto is pas zinvol geproduceerd als hij zoveel mogelijk wordt gebruikt. De oplossing is dus: delen. Minder auto’s produceren, voertuigen intensiever gebruiken. We moeten accu’s leren maken van gerecyclede materialen, oude accu’s beter hergebruiken, overstappen naar werkelijk duurzame energie.
Circulaire economie is voorlopig nog niet te realiseren. De vraag blijft flink doorstijgen de komende jaren. Die kun je niet helemaal bedienen met hergebruikte materialen. En op een gegeven moment is bijvoorbeeld een product of kledingstuk volledig stuk of opgebruikt. Je kunt dan alleen nog de materialen hergebruiken. Circulair denken is zeker nodig, maar lost de komende jaren dus niet alles op. Hoe dan wel? In het groot door de vraagexplosie zwaar af te remmen, armoede te bestrijden en overpopulatie verder tegen te gaan. Binnen 35 jaar slechts, zal er nog eens bijna 3x zoveel geproduceerd worden als er nu al wordt gedaan. Dat is krankzinnig. We kunnen nadenken over een welvaartsoptimum: een evenwicht tussen boven- en ondergrens. Beide uitersten zijn onwenselijk. De impact van voedselproductie is nu al problematisch hoog geworden, tegelijkertijd zijn er door overdaad delen van de wereld waar obesitas en obsessie met slankheidsideaal een eigen markt hebben gecreëerd. Daar vindt opnieuw (problematische) productie plaats om een eerder probleem weg te werken. Of over de spullen die we hebben: ons consumeren heeft voor een niche in de zelfhulpboekenafdeling gezorgd waaruit we kunnen leren hoe weer van die spullen af kunnen komen en een opgeruimd leven kunnen leiden. Dat zijn nogal eens paradoxen.
Nog een paar belangrijke tips voor je persoonlijke dagelijks leven, maar dus evengoed op de filmset:
- Verspil geen eten, water en energie (gooi niets weg, douche kort, …)
- Koop alleen wat je nodig hebt, liefst tweedehands. Deel, huur, lease.
- Ontwikkel duurzame eetpatronen: flexitarisch, vegetarisch of zelfs veganistisch, lokaal én uit het seizoen
- Stop met (of ga minder) vliegen en autorijden
- Kies een huis/set van bescheiden omvang, isoleer het en kies voor duurzame energieopwekking
- Wees bereid om de eerlijke prijs van dingen te betalen
Is het verlagen van alle film- en televisieproducties dan ook een antwoord:
Porcelijn: Nee, dat lijkt me niet. Het is in principe een redelijk materiaal-arme branche, in tegenstelling tot bijvoorbeeld voedsel of auto’s waar veel materiaal voor nodig is. Dus dat lijkt me juist een prima branche om mee door te gaan. Diensten zijn vaak schoner dan hardware. Je kunt de dingen die je doet wel beter, anders of minder doen. Bijvoorbeeld andere – duurzame – energie gebruiken, betere – efficiëntere – verlichting kiezen, en je kunt de erg vervuilende dingen minder doen zoals bijvoorbeeld minder vliegen. En natuurlijk heeft de productie van de grote blockbusters wel aanzienlijke impact. Als je alleen al naar de setbouw kijkt. De materiële kant van de productie kan verduurzaamd worden.
Bafta ontwikkelde de Albert, een CO2-calculator voor film- en televisieproducties. De BBC bijvoorbeeld heeft het gebruik van de Albert voor al haar producties verplicht gemaakt. Vind je dat e.e.a. meer door wet- en regelgeving verplicht moet worden?
Porcelijn: Ja, dat mag best meer. Maar ik ben wel grotere voorstander van het stimuleren van gewenst gedrag, dan van het afstraffen van ongewenst gedrag. Dus liever ook dat onze wetgeving stimulerend werkt, dan dat het louter om beboeten na niet naleven gaat. En ook daarin mogen we onze verantwoordelijkheid niet vergeten; de kiezer verschaft politici hun mandaat, daar kunnen we met zijn allen sturen en de wetgeving beïnvloeden. Maar we moeten absoluut zorgen voor motivatie. Elke Nederlander zou haar/zijn impact naar een kwart van wat die nu is terug moeten schroeven. Daar heb je heel wat motivatie voor nodig en dat lukt niet met alleen wet- en regelgeving.
Zijn we binnen Nederland op goede weg, zijn er al genoeg zaadjes geplant voor die motivatie?
Porcelijn: Ja en nee. Er zijn individuen en organisaties die een verschil willen maken en hun aantal groeit snel. Maar er is ook een versnippering binnen al die organisaties: we moeten beter krachten bundelen. Sluit je aan bij wat er is en maak zo je slagkracht groter. Het is een lastige hoor: hoe kan je individuele motivaties en talenten inzetten –die juist zo sterk zijn in hun eenvoud en persoonlijke uitstraling – en toch krachten bundelen? Maar samen bereik je toch meer. We kunnen wantrouwen opzij zetten, backoffice en marketing delen, onderzoeken waar we elkaar kunnen versterken.
De Re:set filmavond zijn een initiatief van Marc Redmeijer, Marion Evenhuis en Jeroen Slappendel. Met deze avonden hopen ze door het vertonen van mainstreamfilms, ingeleid door een gastspreker, te inspireren tot een bewustere levensstijl: anders denken, anders doen. De gastspreker mag telkens een film uitkiezen. De volgende sessie is op 11 november in LAB111. Aanmelden en meer info hier.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.